Bronnen die zich bevinden in het mid-saggitale (vertikale) vlak door het hoofd geven allemaal aanleiding tot dezelfde binaurale verschillen in aankomsttijd en luidheid (nl. nul). Op grond van ITD's en ILD's zijn deze bronlocaties dus niet van elkaar te onderscheiden.

Meer algemeen geldt dat er een kegeloppervlak is, met de toppen in de oorkanalen, waarop alle bronnen gelijke ILD's en ITD's opleveren. Dit is de zogn. 'verwarringskegel' (Eng: 'Cone of Confusion').
De richtingen boven - onder en voor - achter, die de bronlocatie in een vertikaal vlak specificeren, zijn dus niet op grond van binaurale verschillen te bepalen! De richting in een verticaal vlak heet ook wel de elevatie hoek (die in een horizontaal vlak wordt de azimuth hoek genoemd).
Er is dus een geheel andere geluidsanalyse nodig om de elevatie van een geluidsbron te kunnen bepalen. Hierna zal worden uitgelegd hoe de oorschelp hierin een belangrijke rol kan spelen.