Effect van de hoofdschaduw op de waargenomen geluidsintensiteit.
Gemeten geluidsintensiteit bij het linkeroor als een geluidsbron van 60 dB in het horizontale vlak op verschillende posities wordt gezet. De intensiteit neemt systematisch af, naarmate de bron meer naar rechts gaat. Voor een waargenomen intensiteit van 65 dB in het linkeroor, zijn echter vele akoestische situaties mogelijk, waarvan er hier twee als voorbeeld zijn aangegeven (rode lijnen):
  1. óf een geluidsbron van 60 dB bevond zich 35 graden links van de luisteraar,
  2. óf een geluidsbron van 70 dB bevond zich op 22 graden rechts (bovenste blauwe lijn geeft de hoofdschaduw voor de 70 dB bron weer).
Zonder voorkennis over de werkelijke intensiteit van de bron kan de luisteraar op grond van de hoofdschaduw alléén de werkelijke locatie dus nooit met zekerheid schatten.
De onderste blauwe lijn (hoofdschaduw voor een 50 dB bron) laat zien dat een waarneming van 60 dB in ieder geval niét door een 50 dB bron kan zijn veroorzaakt.